Je hebt nodig:
- Glazen bak, vaas op pot
- Zand en/of stenen (grote en kleine)
- Waterplanten en eventueel een stuk hout
- Schepnet
- Emmer
- Slootje met kikkerdril
Zo ga je te werk:
1. Zoek een goede plek voor je glazen bak voordat je hem gaat vullen. Het is belangrijk dat de bak wel in het licht, maar niet in de zon staat.
2. Je kunt nu eerst wat zand en/of stenen op de bodem van je glazen bak leggen. Doe er schoon kraanwater bij, een waterplantje en het stuk hout.
3. Zorg ervoor dat het hout en/of de stenen voor een deel boven water liggen. Zo kunnen ze niet verdrinken als de kikkertjes pootjes krijgen (dan krijgen ze ook longen).
4. Ga op zoek naar kikkerdril! Vul je emmer met wat slootwater en haal met het schepnet wat kikkerdril uit de sloot. Niet te veel natuurlijk, moeder kikker wil ook wat ‘kroost’ overhouden!
5. Nu kun je voorzichtig het kikkerdril in de bak doen. Voel het ook eens met je hand, lekker glibberig! Je kunt er wat slootwater bij doen als voeding.
6. En dan is het afwachten geblazen! Wanneer komen de eitjes uit? Wanneer krijgen de kikkervisjes pootjes? Leuk om dit bij te houden.
7. Wanneer de kikkervisjes een dag of drie uit het ei zijn moet je beginnen met voeren. Als voer kun je stukjes sla, andijvie, paardebloem, schijfjes komkommer, weegbree en visvoer gebruiken.
8. Hebben je kikkervisjes ook voorpootjes gekregen? Dan is het tijd om ze terug te brengen, naar daar waar ze thuis horen, de vijver of de sloot waar je ze vandaan hebt. Daar kunnen ze lekkere vliegjes vangen. Zet ze bij de rand van het water. Volgend jaar leggen ze hun eitjes op dezelfde plek en kun je weer kikkerdril halen.
Goed om te weten:
- Eitjes met witte vlekjes komen niet meer uit. Verwijder ze direct.
- Maak de bak regelmatig schoon en vul het water aan.
- Kikkers zijn beschermde dieren. Het is toegestaan om ze te bekijken om ervan te leren. Maar je moet ze dus echt terugzetten in natuur!